Uit De Werkplaats 2020-2021

Uit De Werkplaats 2020-2021

HoPe voor het Peruaanse onderwijs

Alleen met Haïti is het op onderwijsniveau slechter gesteld dan Peru. Er is een enorm verschil tussen het privéonderwijs voor de rijken en het openbaar onderwijs voor de mensen zonder geld. Afgelopen twintig jaar is Stichting HoPe keihard bezig geweest om het openbare onderwijs gangbaar te maken voor iedereen. En met succes. Het Peruaanse Ministerie van Onderwijs werkt bijna twintig jaar met veel projecten samen met HoPe en in 2013 en 2016 ontvingen de oprichters een Koninklijke onderscheiding in Nederland voor het werk wat ze in Peru verrichten. 

Walter Meekes (60) richtte samen met Tineke Griffioen in 1991 Stichting HoPe op. Hij verhuisde in datzelfde jaar naar de zuidoost gelegen stad Cusco om zich te richten op de ontwikkeling van het onderwijs in Peru. Hij heeft het land zien veranderen. Waar terrorisme en extreem geweld in de jaren 90 de boventoon voerde, is de rust nu meer teruggekeerd en is er minder gevaar in de stad en de berglanden. De stichting begon met het focussen op onderwijs voor straatkinderen in de achterstandswijken van Cusco. Later verbreedden ze die focus naar de omliggende inheemse dorpen in het Andesgebergte. Dankzij het werk van HoPe hebben duizenden kinderen de kans gekregen om naar school te gaan en te werken aan hun toekomst.

Het is 1985, Walter woont nog in Nederland en liet een Peruaan een tijdje verblijven in zijn huis. ‘Toen hij wegging zei die: als je ooit de gelegenheid hebt om naar Peru te komen ben je mijn gast.’ Twee jaar later vertrok zesentwintigjarige Walter naar Zuid-Amerika. Schijnbaar liet het land een goede indruk achter, want in hetzelfde jaar keerde Walter nog een keer terug. 

‘In 1990 heb ik de gelegenheid gehad om er te werken als reisleider chauffeur bij een Nederlandse reisorganisatie. Maar 1990 was de periode van volop terrorisme in Peru. ‘Eigenlijk was het gekkenwerk wat we toen deden. We hebben destijds onvoldoende beseft hoe zwaar het terrorisme heerste daar.’ In zijn huidige woonplaats Cusco leefden veel straatkinderen die hun handjes ophielden om te bedelen of extra klusjes deden om een klein zakcentje te verdienen. ‘We zijn vanuit de reisorganisatie al bezig geweest met het opzetten van een programma en opvang voor de straatkinderen. Ik ben na een half jaar terug gegaan naar Nederland, heb er mijn baan opgezegd en ben weer teruggegaan naar Peru om dat programma verder uit te breiden.’ 

‘De eerste tien à vijftien jaar hebben we ervoor gezorgd dat kinderen naar school konden, want met name in de bergdorpen waren gewoon geen scholen.’ In de streek waar HoPe begon met scholen bouwen ging er 25% van de kinderen naar de basisschool, er was geen middelbare school en jongeren konden geen beroepsopleiding volgen. ‘Wij hebben ervoor gezorgd dat kinderen volledig basisonderwijs en middelbaar onderwijs kregen. Voor de jongeren die van het middelbaar onderwijs door wilden studeren boden wij een studiebeurs aan om een beroepsopleiding te volgen.’ 

Het is 2013, Walter wordt in Den Haag door voormalig minister Jan Pronk benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Drie jaar later krijgt ook Tineke een lintje. Beide voor hun inzet voor het onderwijs in Peru. ‘Ik was erg verrast, het is een enorme erkenning. Een erkenning die we in Peru uitbetaald krijgen op een andere manier.’ Hiermee doelt Walter op de samenwerking met het Ministerie van Onderwijs. 

Inmiddels staan er zo’n 150 scholen van Stichting HoPe in Peru en zijn leerkrachten er opgeleid om tweetalig intercultureel onderwijs te geven. ‘Er wordt namelijk geen Spaans gesproken in de bergdorpen, Quechua is daar de eerste taal. Het onderwijs wat wij opgezet hebben is vanuit de eigen taal en cultuur.’ Het is een van de dingen die het Ministerie van Onderwijs compleet heeft overgenomen, ‘in dat opzicht zijn wij pioniers geweest.’ Waar Walter jarenlang voor geknokt heeft werd op een gegeven moment een programma van de overheid.

‘In bijna alle dorpen in de streek waar HoPe werkt zijn de lokale bestuurders ex-leerlingen van onze school. Dat laat zien dat alle investeringen en energie die wij er in steken zich uitbetaalt. De ontwikkeling binnen de eigen dorpen wordt bepaald door mensen uit de eigen dorpen.’ Voorheen was er veel discriminatie naar de mensen uit de bergdorpen vanwege hun cultuur en klederdracht. ‘Nu merk je dat ze een heel groot eigenwaarde hebben kunnen ontwikkelen binnen de eigen projecten. Ze komen voor zichzelf op en laten niet zo makkelijk meer over zich heen lopen.’ 

Het is 2020, de coronapandemie legt alle werkzaamheden van HoPe stil. Ook het onderwijs kan niet meer op een normale manier worden gevolgd. Daarom zijn ze net als in Nederland overgestapt op online onderwijs. HoPe kreeg van het Ministerie van Onderwijs een behoorlijk budget om het onderwijs online te kunnen uitvoeren. ‘Binnen dat budget hebben we leerkrachten en leerlingen die ver de bergen in wonen een internettegoed gegeven zodat zij op bepaalde uren lessen kunnen volgen. Er is niet overal bereik, dus sommige leerlingen moeten soms meer dan een uur lopen tot een punt waar ze de les kunnen bijwonen.’ 

Aan het eind van dit jaar verwacht het Ministerie van Onderwijs dat Stichting HoPe een compleet onderwijsplan heeft, specifiek voor scholen met een internaat. ‘We moeten kunnen laten zien dat het werkt zodat het ministerie daar mee verder kan.’ Het doel van het onderwijsplan is het bevorderen van een betere overgang van het kleuter- naar het lager onderwijs. ‘We zijn met leerkrachten van het kleuter-, lager- en middelbaar onderwijs in verschillende gemeentes gaan kijken hoe we die doorstroom vloeiend kunnen laten verlopen.’ 

Het is 2050, waar staat Peru? ‘Waar staat Peru over dertig jaar’, herhaalt Walter nadenkend. ‘Peru was vijftien jaar geleden een derdewereldland, tegenwoordig zeggen ze stellig het niet meer te zijn vanwege het gemiddelde inkomsten per inwoner. Macro-economisch klopt dat dus, maar micro-economisch niet. De ongelijkheid in Peru is enorm groot. De sociale organisatie in Peru is een ramp. Er moet organisatorisch ontzettend veel verbeterd worden. Ik hoop en ik denk dat de corruptie in Peru afneemt en dat de situatie anders gaat worden. Ik hoop dat Peru niet alleen macro-economisch, maar ook sociaal-economisch beter georganiseerd zal zijn en dat de rijkdommen beter verdeeld zullen zijn.’ 

Vorig schooljaar afgestudeerd als mbo mediaredacteur, waar ik in het laatste leerjaar stage gelopen heb bij RTV Oost en daar een freelance-baan aan over heb gehouden. Verder voetbal ik op laag niveau bij de club waar ik ook vijf jaar lang training gegeven heb aan jongens onder 11 en onder 13. Na de opleiding hoop ik tv uitzendingen te presenteren of samen te stellen.

One thought on “HoPe voor het Peruaanse onderwijs

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *