Het fascisme wordt bestreden in Amsterdam
AMSTERDAM – Het is een grauwe dag in Amsterdam. Op het eerste gezicht lijkt alles heel normaal. Kleine winkels zijn open voor afhalen, en net buiten het park wordt er yoga gedaan naast een speaker waar popmuziek uitkomt. Behalve de wind – die soms wat harder waait en mensen dwingt om met een omhooggehouden kraag naar binnen te gaan – is het rustig. Toch hangt er een spanning in de lucht. Om de paar minuten komt er een nieuw politiebusje naar het park. Die allemaal netjes om de yogamatten heen rijden. Twee dagen geleden was er een uit de hand gelopen protest op het Museumplein, en er worden geen kansen genomen. Als kleine groepen mensen met hun koffie in de hand richting het park lopen, draven de politiepaarden rustig voor ze uit.

Om na al deze beveiliging het protest te zien, is een anticlimax. In het gras staan lijnen aangegeven en op het veld van witte stippen begint zich een menigte ze vormen. Al duikend onder zwaaiende vlaggen van De Jonge Communisten, de LHBTI’ers, de Palestijnen en hier en daar een losse Anarchist komt het podium in zicht. Omkijkend naar het veld begint alles toch groter te voelen. De vlaggen zwaaien heen en weer, er zijn megafoons die een soort sirene uithuilen en in de verte wordt er gedrumd. Een klein meisje loopt verward door de menigte, zoekend naar haar pop die door de wind is meegenomen.

De hele dag staat het podium vol. Spreker na spreker komt het podium op en vertelt waar zij voor vechten. Eén speech roept al helemaal veel op bij het publiek.

“As I said,
In the spirit of Martin Luther King,
Still alive and kicking,
Through me,
He, we,
All nations,
My nation,
Will not walk alone,
Towards home,
But together,
Not only because black lives matter,
But as simple as it is, because all lives matter.”
Dit wordt door het publiek ontvangen met een groot applaus, en ook de sirenes zijn weer te horen. De politie is nu allang weg. Of althans, ze zijn het veld af en staan vanaf de overkant van een riviertje te kijken.
De volgende spreker is aan de beurt. Hij vertelt over hoe hij Marokko moest ontvluchten door zijn genderidentiteit. Kort na de opening van zijn speech loopt een oude, voorovergebogen man, slepend met zijn tas langs het podium. Hij schreeuwt iets in een andere taal naar de man op het podium. Hij begrijpt hem en reageert met “free Palestine,” waarop de vlaggen in het publiek weer beginnen te zwaaien.
Dit was nog de rustigste onderbreking van zijn speech. Even later loopt een vrouw, zwaaiend met een Surinaamse vlag naar het podium toe. Ze onderbreekt hem en zegt, “Corona is de duivel,” en verteld over de situatie in Suriname. Al snel vormt er een cirkel van camera’s en microfoons om haar heen. Ze zwaait ook met een fles water, sprenkelt er wat van over de grond en raakt zelfs de journalisten om haar heen met water in het gezicht. Daarna draait ze om naar het podium, “sorry, maar ik moet dit doen voor mijn mensen.” “I get it,” zegt hij terug “I love you.” Daarna wint hij het publiek voor zich terug met een Black Lives Matter chant. Dit korte gesprek geeft perfect het gevoel van de demonstratie weer. Woede naar het systeem, maar liefde voor elkaar.

Nadat er wordt aangekondigd dat de demonstratie ten einde is gekomen, verdwijnt het publiek vrijwel onmiddellijk. Veel mensen kunnen nog niet naar huis omdat Amsterdam Centraal dicht is door een ‘verdacht’ pakketje. Een paar demonstranten blijven bij het terrein om nog snel koffie te halen, of om een ‘feminist as fuck’ mondmasker te kopen. En na een rustige dag op het Westerpark, hadden die politiepaarden net zo goed op stal kunnen blijven staan.